Het haar wassen
• Wilt u naar de wasplaats komen?
• Vous voulez venir au lavabo?
• Gaat u zitten.
• Asseyez-vous./ Prenez place.
• U mag in deze zetel gaan zitten.
• Vous pouvez vous asseoir dans ce fauteuil.
• Zit u goed?
• Vous êtes assis(e) confortablement?
• Ik zal uw haar wassen
• Je vais vous laver les cheveux.
• Ik zal … gebruiken.
• Je vais utiliser ...
• een shampoo voor droog haar
• un shampooing pour cheveux secs.
• een shampoo voor vet haar
• un shampooing pour cheveux gras.
• een shampoo voor normaal haar
• un shampooing pour cheveux normaux.
• een shampoo voor gevoelige hoofdhuid
• un shampooing pour cuir chevelu sensible.
• een antiroosshampoo
• un shampooing antipelliculaire.
• een verzorgdende shampoo
• un shampooing traitant.
• Vous pouvez vous pencher en avant?
• Kunt u een beetje naar achter buigen?
• Vous pouvez vous pencher en arrière?
• Kunt u zich draaien?
• Vous pouvez vous tourner?
• Kunt u rechtstaan aub?
• Vous pouvez vous lever, s’il vous plaît?
• Ik spoel uw haar.
• Je vous rince les cheveux.
• Is het water niet te warm?
• L’eau n’est pas trop chaude?
• Is het water niet te koud?
• L’eau n’est pas trop froide?
• Mag ik een balsem aanbrengen?
• Je peux vous mettre un baume?
• Mag ik een verzorgende crème aanbrengen?
• Je peux vous mettre un soin nutritif?
• Mag ik een masker aanbrengen?
• Je peux appliquer un masque?
• Het product moet een tiental minuten inwerken
• Le produit doit agir pendant une dizaine de minutes.
Zie ook: Nog méér Frans voor in het kapsalon
©Kapsels.net